Basis
Je kent de kenmerken van het tijdvak jagers en boeren en steden.
1. Je leert hoe oud de hunebedden zijn en wat ze te maken hebben met de ijstijd.
2. Je leert wat hunebedden zijn en waarom ze gemaakt zijn.
Techniek
3. Je kunt vertellen hoe hunebedden gemaakt zijn en gebruikt daarbij de volgordewoorden.
Van jager naar eerste landbouwers
4. Je leert dat de Hunebedbouwers de eerste landbouwers van Nederland waren.
5. Je leert hoe ze leefden.
Geloof
7. Je onderzoekt in welke goden de Germanen geloofden en kunt 4 voorbeelden noemen.
Topografie
8. Je leert de topografie van Drenthe.
Bron: Bewerking Canon van Nederland door Andre Gilara